Jan Haak is van oorsprong beeldhouwer en ging min of meer per toeval schilderijen maken. Door experimenten met verschillende soorten verf, kunstharsen en lak ontstonden zijn kenmerkende abstracte reliëfs. Door de manier waarop hij materialen assembleert wordt het onduidelijk waaruit de doeken zijn opgebouwd, waarin zij hun oorsprong vinden. De gevonden techniek geeft de kunstenaar de vrijheid om te zoeken naar een maximale versobering en verstilling en het schilderij weet zo de materie te ontstijgen om de schoonheid maximaal ruimte te bieden. Jan Haak is oorspronkelijk opgeleid tot beeldhouwer en heeft ook jarenlang als zodanig gewerkt. Zo’n vijf jaar geleden is hij zich op de schilderkunst gaan richten. Door veelvuldig te experimenteren met olie- en acrylverf kwam hij tot een geheel eigen handschrift. Allereerst brengt hij reliëf aan op een raster dat op het doek is getekend. Met intuïtieve precisie bepaalt hij hiermee het ritme van zijn schilderijen. Hierna wordt het linnen bewerkt met verschillende kleuren verf. De laatste laag verf wordt gegoten terwijl de eerste verflagen nog niet geheel gedroogd zijn. Hierdoor mengen de onderliggende lagen zich enigszins met deze laatste laag. Door het reliëf, de dikte en de afmetingen hebben de werken een objectmatig karakter. Zijn schilderijen hebben door het intuïtief geplaatste reliëf een intrigerende werking. Het oog zoekt onophoudelijk naar ordening, ritme en structuur, maar blijft verrast worden.
Naar tekst van Etienne Boileau